Antwoord: Het woord 'kerkenraadskamer' is zeker geen gangbaar begrip in een synagoge. De synagoge van Zwolle heeft bijvoorbeeld niet zo'n ruimte. Maar enigszins begrijpelijk is de term wel. Toen koning Willem I de kerkgenootschappen bij wet liet regelen – vroeger hadden we nog ministers van godsdienstzaken! – werden ook de joodse kerkgenootschappen opgericht en drong er kerkelijk jargon het Nederlandse jodendom binnen. Vandaar dat de twee oudste joodsreligieuze gemeenschappen nog steeds Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap (NIK) en Portugees-Israëlitisch Kerkgenootschap (PIK) heten. De laatste heeft nog maar één gemeente in Amsterdam en deze noemt zich bij voorkeur Portugees-Israëlitische Gemeente (PIG). Ook de termen 'kerkbestuur' of 'kerkenraad' zijn toen in gebruik gekomen. Maar dat jargon wordt voor zover ik weet in de meeste joodse gemeenten niet meer gebruikt, omdat het tegenwoordig als te christelijk wordt ervaren.