Boekrecensie

Boekbespreking Zonder Tora leest niemand wel - H. Vreekamp - 1988
Kerk en Theologie Jrg. 39, nr. 1

De beide auteurs van dit pleidooi voor een joodse leeswijze van de evangeliën deden eerder van zich spreken met hun boek Lukas, de Jood, waarin zij betoogden dat de evangelist Lukas geen Griek maar een Jood was. Grondtoon van hun vervolgstudie is de stelling dat de drie synoptische evangelisten als joodse vertellers van verhalen gehoord willen zijn.

Vandaar dat in vijf hoofdstukken breed wordt uitgehaald om de bouwstenen aan te dragen voor een joodse manier van lezen van de evangeliën. Op beginnend leerhuis niveau (wat dat ook moge zijn) wordt de lezer geïnformeerd over de Hebreeuwse taal, die achter de evangeliën klinkt, over de literatuur, die de evangelisten gekend moeten hebben, over het joodse leven, zoals dat doorklinkt bij de synoptici, over de evangeliën als midrasj. Aan de hand van de geschiedenis van Jezus' verblijf in de woestijn wordt deze manier van lezen verduidelijkt. Tot zover geeft dit boek verhelderende informatie.

Meer vragen heb ik bij de twee hoofstukken, waarmee de schrijvers tenslotte de scheiding tussen Christendom en Jodendom in de geschiedenis tekenen en waarin ze gewagen van een nieuwe oriëntatie op het Jodendom. De uitermate gecompliceerde materie leent zich niet erg voor een noodzakelijk té beknopte behandeling. Zo wordt in goed twee bladzijden Paulus besproken als vertegenwoordiger van de eerste fase in de scheiding der wegen. Lijken zijn brieven inderdaad meer op de uiteenzettingen van een filosoof dan van een rabbijn? En wordt volgens Efeze 2:15 Jezus geschilderd als iemand, die de Tora (de wet) buiten werking heeft gesteld?


This is the website of Peter van 't Riet