Vraag&Antwoord

Naastenliefde (1) - Peter van 't Riet - 2019
Is alleen iemand je naaste als je hem/haar in de ogen kunt zien?

Vraag : Ik heb altijd gedacht dat het artikel op Wikipedia over naastenliefde de clou ervan goed weergeeft. Waar komt dan uw idee vandaan dat de naaste iemand is die je in de ogen moet kunnen kijken?

Antwoord : De weergave van de gelijkenis op Wikipedia is wel erg kort door de bocht en plaatst het verhaal niet helemaal in het juiste perspectief. Het is nl. niet zo dat de priester en de leviet "weigeren hun handen vuil te maken". Ook op hen rust te plicht een mensenleven te redden mits dat niet door anderen gedaan kan worden. Als dat wel het geval is (als niet-priesters en niet-levieten hulp kunnen verlenen), dan mógen zij het niet doen, omdat ze uit oogpunt van hun functie in de tempel zich niet met zieken, gewonden en doden mogen inlaten (de theologische achtergrond daarvan laat ik nu even rusten). De weg van Jeruzalem naar Jericho was geen eenzame weg en er waren genoeg anderen die hulp konden verlenen, zoals blijkt uit de passerende Samaritaan.

Verder waren Samaritanen niet een willekeurig heidens volk. Het was een aan Israël verwant volk en dat verklaart de animositeit tussen beide volken, die overigens wederzijds was. Samaritanen hadden hun eigen versie van de Tora en hun eigen heilige berg Gerizim, waar zij tot op de dag van vandaag hun pèsach-lammeren slachten. Je kunt de verhouding vergelijken met die van katholieken en protestanten in de 16e en 17e eeuw. Onder de joodse groep van de farizeeën leefde de opvatting dat zolang de Samaritanen hun gebeden bleven zeggen in de richting van de berg Gerizim, zij niet tot Israël behoorden, maar zodra zei zij die zouden zeggen in de richting van Jeruzalem, zij wel tot Israël behoorden.

Opmerkelijk is nu dat - als je goed leest - niet de gewonde man de naaste is die uit liefde moet worden geholpen, maar de Samaritaan de naaste is van de gewonde man die door hem geholpen wordt. Lukas laat Jezus hiermee zeggen dat ook een Samaritaan die zich hulpvaardig opstelt, door een jood moet worden beschouwd als naaste om lief te hebben in plaats van als een vijand. Let wel: ook de Samaritaan doorbreekt de mores van zijn eigen groep door een joods slachtoffer te helpen in plaats van hem links te laten liggen. In zoverre heeft de Wikipedia gelijk: het komt erop aan wat iemand doet voor zijn medemens, niet wat hij is op grond van de groep waartoe hij behoort.

Nu je eigenlijke vraag. Het verhaal is er een van een directe, tête-à-tête confrontatie tussen twee mensen. In dat geval is er sprake van een naaste. Het bijbelse begrip naaste (ree'a) is niet van toepassing op mensen ver weg, zoals veel christenen het begrip tegenwoordig gebruiken: de zogenaamde "verre naaste". Ook het bijbelse begrip liefde/lief hebben (ahav) gaat over mensen met wie je zichtbaar, hoorbaar, tastbaar omgaat. Het gaat om iemand die je kunt slaan (Exodus 2:13); tegen wie je vals kunt getuigen (Exodus 20:16); wiens vrouw etc. je kunt begeren (Exodus 20:17); iemand die je kunt doden (Exodus 21:14); wiens rund door jouw rund kan worden dood gestoten (Exodus 21:35); etc. We moeten dat begrip dus niet oprekken tot iedereen die waar dan ook in de wereld in nood verkeert, want dan verliest het zijn kracht. Voor mensen in nood die niet tot je directe omgeving behoren, gelden andere bijbelse begrippen zoals rechtvaardigheid (tsêdaqah). Maar daarover gaat het verhaal van de Barmhartige Samaritaan niet.


This is the website of Peter van 't Riet