Vraag&Antwoord

De uitroeiing van de Midianieten (1) - Peter van 't Riet - 2009
Hoe moeten we het wrede verhaal over de uitroeiing van de Midianieten in Numeri 31 lezen?

Vraag: In Numeri 31 wordt over een strafexercitie naar de Midianieten verteld die vrijwel geheel moeten worden uitgeroeid. Hoe moeten we dit wrede verhaal lezen?

Antwoord: Numeri 31 maakt deel uit van een reeks verhalen die begint in Numeri 20:14. In die verhalen vinden achtereen volgens confrontaties plaats met

  • de Edomieten (Numeri 20:14-21),
  • de Kanaänieten (Numeri 21:1-3),
  • de Amorieten (Numeri 21:21-32),
  • de Moabieten (Numeri 22:1-25:2),
  • de Midianieten (Numeri 22:4-7 en 25:6-18).

Er zit een duidelijke opbouw in deze reeks van vijf confrontaties. Eerst vraagt Israël beleefd om doorgang door het gebied van Edom, maar die wordt geweigerd. Als Edom met een groot leger op Israël afkomt, wijken de Israëlieten uit en mijden de strijd door een omweg te nemen. Dit vredelievende gedrag wordt Israël direct fataal. De Kanaänieten interpreteren het mijden van de strijd als een uiting van zwakte, vallen Israël aan en maken gevangenen. Maar zij komen van een koude kermis thuis, want zij worden snel daarna verslagen. In een volkensamenleving waarin elkaar met geweld bestrijden eerder de normale gang van zaken is dan vreedzaam met elkaar samen te leven, kan een volk zich niet permitteren het imago van een zwakkeling te hebben. Daarna is er de confrontatie met de Amorieten. Ook nu vraagt Israël beleefd om doortocht. Deze wordt niet alleen geweigerd, maar de Amorieten trekken direct ten strijde en vallen de Israëlieten aan. Zij worden echter verslagen en Israël verovert hun gebied.

In de verhalen die volgen zijn het de Moabieten en Midianiten die na al deze gebeurtenissen inzien dat ze Israël beter niet met geweld kunnen bestrijden. Zij nemen dan hun toevlucht tot andere, geestelijke middelen. Vanuit Tora gezien zijn die veel gevaarlijker, omdat zij Israël van binnenuit te gronde proberen te richten. De Moabieten complotteren met de Midianieten om met behulp van magie Israël te verzwakken. Zij schakelen de magiër Bileam in om de vloek over Israël uit te spreken. Dat zal Israël zeker verzwakken waardoor zij verslagen kunnen worden. Als dat niet lukt, omdat leven met de Eeuwige Israël ongevoelig maakt voor magie, zetten Moabieten en Midianieten tot slot het wapen van de vruchtbaarheidscultus en de tempelprostitutie in. Alle Semitische volken vereerden vruchtbaarheidsgoden en -godinnen door middel van tempelprostitutie, een religieuze praktijk waar de Tora faliekant tegen is en waaraan Israël zich trachtte te ontworstelen. Daar blijken namelijk veel Israëlietische mannen toch gevoelig voor te zijn geweest tot in leiding gevende kringen toe (Zimri was een familievorst uit de stam Simeon). Pas door het optreden van Pinchas, de kleinzoon van Aäron, komt er een einde aan dit "verraad aan de Tora" (Numeri 25).

In Numeri 31 lezen we dan over de uitgestelde bestraffing van de Midianieten, die kennelijk het grootste aandeel hebben gehad in de geestelijke oorlogsvoering tegen Israël. Het gaat er toe in beelden die in de toenmalige samenleving heel normaal waren. In feite gedragen de Israëlieten zich nog lankmoedig door alleen de volwassen mannen te doden en de onvolwassen mannen en alle vrouwen in leven te laten. Dat wordt ze door Mozes kwalijk genomen omdat het juist de volwassen vrouwen waren die de tempelprostituees leverden om Israël afvallig te maken en dus van binnenuit te vernietigen. De kans dat via deze slavinnen de vruchtbaarheidscultus weer wortel zou schieten binnen Israël was immers levensgroot aanwezig.

Natuurlijk is dit naar hedendaagse westerse maatstaven een wreed verhaal en helemaal als we het ook nog eens letterlijk historisch zouden opvatten. Maar naar toenmalige oosterse maatstaven is dit verhaal helemaal niet buitensporig wreed. Bovendien is het verhaal niet geschreven als letterlijk gebeurde historie, maar als uiteenzetting over een intern-Israëlietische problematiek. Het grote gevaar zat namelijk niet zo zeer in het feit dat Moab en Midian zich bezighielden met magie en vruchtbaarheidscultussen. Dat moesten ze immers zelf weten. Het werkelijke gevaar zat in de neiging van veel Israëlietische mannen om toe te geven aan de verleiding aan die cultussen mee te doen en te willen zijn "zoals de andere volken". Numeri 31 gaat in feite over die neiging die uit Israël moet worden uitgeroeid. Zoals de tien plagen in Exodus niet zo zeer bedoeld waren om de Egyptenaren te kwellen, maar vooral om het beeld van de Egyptische overmacht dat de Israëlieten in hun hart droegen en waar ze zo tegenop keken, te vernietigen. Anders hadden ze immers nooit op de vlucht durven gaan?

Tora is vooral een boek om Israël te leren hoe het wel en niet in deze wereld moet staan, hoe het wel en niet met de gewoonten van andere volken moet omgaan. Daarom kan aan een verhaal als Numeri 31 ook geen enkele legitimatie van het gebruik van geweld in het algemeen worden ontleend, zelfs niet als we het verhaal historisch zouden lezen. Het gaat dan immers hoogstens om de bestraffing in specifieke omstandigheden van een specifieke groep daders. Mijns inziens gaat het eerder nog om de uitroeiing van de neiging om met die daders mee te heulen.


This is the website of Peter van 't Riet